Christine Moret wijdde zich, net als veel vrouwelijke schilders, voornamelijk aan het stilleven. Bloemen, bloeiende takken, vruchten en voorwerpen-met-een-herinnering, zorgvuldig gerangschikt of schijnbaar achteloos neergezet, vormden voor de kunstenares een rijke bron van inspiratie. Moret werd opgeleid aan de Rijksnormaalschool voor Teekenonderwijs in Amsterdam. Zij woonde en werkte ongeveer 40 jaar in haar geboortestad en daarna onder meer in Den Haag, Almelo, Breda, Laren en Blaricum. Moret was lid van het hoofdstedelijke kunstenaarsgenootschap 'Arti et Amicitiae' en van de 'Vereniging van Beeldend Kunstenaars Laren-Blaricum'.